Defensieweb wiki
Advertisement
1._Dywizja_Pancerna_w_bitwie_pod_Falaise



Slagorde in 1944-45[]

10e Pantserbrigade (10 Brygada Kawalerii Pancernej) - Kol. T. Majewski
  • 1ste Pantserregiment (1 pułk pancerny) - Lkol. Antoni Stefanowicz
  • 2de Pantserregiment (2 pułk pancerny) - Lkol. S. Koszustki
  • 24ste Regiment Ulanen (gepantserd); (24 pułk ułanów) - Lkol. J. Kański
  • 10e Regiment Dragonders (gemotoriseerde infanterie); (10 pułk dragonów) - Lkol. Władysław Zgorzelski
3de Infanteriebrigade (3 Brygada Strzelców) - Kol. Marian Wieroński
  • 1ste Bataljon Poolse Hooglanders Podhale (1 batalion Strzelców Podhalańskich) - Lkol. K. Complak
  • 8ste Infanteriebataljon (8 batalion strzelców) - Lkol. Aleksander Nowaczyński
  • 9de Infanteriebataljon "Vlaanderen" (9 batalion strzelców flandryjskich) - Lkol. Zygmunt Szydłowski
  • 1ste Zware Mitrailleurcompagnie (samodzielna kompania ckm.) - Maj. M. Kochanowski
Divisie Artillerie (Artyleria dywizyjna) - Kol. B. Noel
  • 1ste Gemotoriseerde Artillerieregiment (1 pułk artylerii motorowej) - Lkol. J. Krautwald
  • 2de Gemotoriseerde Artillerieregiment (2 pułk artylerii motorowej) - Lkol. K. Meresch
  • 1ste Anti-Tank Regiment (1 pułk artylerii przeciwpancernej) - Maj. R. Dowbór
  • 1ste Luchtdoelartillerie Regiment (1 pułk artylerii przeciwlotniczej) - Lkol. O. Eminowicz, later Maj. W. Berendt
overige eenheden
  • 10e Kavalerie Regiment (gemotoriseerd) (10 pułk strzelców konnych) (verkenners) - Maj. J. Maciejowski
  • Hoofdkwartier, Militaire Politie,
  • genie (saperzy dywizyjni) - Lkol. J. Dorantt
  • Verbindingen (1 batalion łączności) - Lkol. J. Grajkowski
  • Administratie, Krijgsraad, Kerk, Geneeskundige dienst, Reserve-eenheden

Cijfers[]

  • 885 - officieren en onderofficieren
  • 15,210 - soldaten
  • 381 - Tanks (voornamelijk M4 Sherman)
  • 473 - artillerie (merendeel gemotoriseerd)
  • 4050 - overige voertuigen

Verliezen (1944-1945)[]

  • ~1100 gesneuveld
  • ~3500 gewond


De grootste begraafplaats van de divisie bevindt zich te Langannerie in Normandië (650 graven).


Externe links[]


broninformatie[]

105 Brugcompagnie

Poolse 1ste Pantserdivisie

Carrière
Eenheid: 105 Brugcompagnie
Land: Nederland
Macht: Poolse strijdkrachten
Wapen: Diversen
Rol: belangrijke rol in de 2e wereldoordlo
Actief: 1942-1945
Grootte: Compagnie
Kazerne: Prinses Margriet Kazerne , Wezep
Afkorting: 105 brugcie
Eervolle vermeldingen:
Motto:


De Poolse 1ste Pantserdivisie (Pools 1 Dywizja Pancerna) was een geallieerde militaire eenheid tijdens de Tweede Wereldoorlog, opgericht in februari 1942 in Schotland. Op het hoogtepunt telde de divisie 16.000 soldaten. Generaal Stanisław Maczek was de commandant.


Geschiedenis[]

De divisie bestond uit Poolse soldaten die na de val van Polen in 1939 naar Frankrijk waren gevlucht. Daar vochten ze voor de tweede maal tegen de Duitsers in 1940, waarna ze naar Engeland uitweken. In het kader van een Brits-Poolse overeenkomst werden een landmacht, luchtmacht en marine opgericht die op dat moment zeer welkom waren gezien de penibele situatie waarin de Britten zich bevonden. Poolse vliegers onderscheidden zich in de Battle of Britain. De Poolse eenheden stonden grotendeels onder Brits opperbevel, met Brits materieel, maar met de clausule dat de Polen in eigen militaire eenheden zouden strijden. Het Eerste Poolse Legerkorps werd vervolgens in Schotland opgericht, waarin de 1ste Pantserdivisie en een parachutistenbrigade volledig operationele status bereikten. Gedurende haar verblijf in Schotland van 1942 tot 1944 bewaakte dit korps 200 km aan Britse kust.

Normandië[]

Aan het eind van juli 1944 maakte de divisie de oversteek naar Normandië. Op 1 augustus landde de divisie in Arromanches en werd ze toegevoegd aan het Canadese Eerste Leger. Op 8 augustus ging de divisie voor het eerst in actie tijdens Operatie Totalize. Tweemaal werd ze per abuis door geallieerde vliegtuigen gebombardeerd, maar dat weerhield haar niet om een briljante overwinning te behalen op de Duitsers tijdens de gevechten om Mont Ormel, Heuvel 262 en het stadje Chambois. Deze serie offensieve operaties zijn de geschiedenis ingegaan als de Slag bij Falaise, waar een groot aantal Duitse Wehrmacht en SS divisies gevangen komen te zitten in een grote omsingeling (Poche de Falaise), waarna ze vernietigd worden. Maczek's hooggemotiveerde pantsersoldaten kregen de cruciale rol om de 'zak' bij de Duitse vluchtroute te dichten. Bij de zeer zware gevechten bij Mont Ormel weerstond de Poolse divisie de Duitse aanvallen, zowel van binnen de 'zak' als van buiten. Gedurende 48 uur was een groot deel van de divisie omsingeld, met slinkende voorraden munitie en proviand, totdat ze eindelijk ontzet werden door geallieerde eenheden. De Polen leden zware verliezen maar hadden wel standgehouden en ook 5000 Duitsers krijgsgevangen gemaakt, inclusief een divisiecommandant.

België en Nederland[]

Na de geallieerde uitbraak uit Normandië, achtervolgde de 1ste Pantserdivisie de Duitsers langs de kust van het Engelse kanaal. De divisie bevrijdde, onder meer, Ieper, Passchendaele, Tielt, Gent en Sint Niklaas . Begin oktober namen de Polen deel aan de Strijd om de Scheldemonding waarbij de divisie de oostelijke helft van Zeeuws-Vlaanderen van Duitsers zuiverde en ondertussen Axel (in een bloedige strijd) en Terneuzen bevrijdde. Op 29 oktober 1944 werd Breda bevrijd, zonder burgerverliezen, dankzij een succesvolle flankaanval van generaal Maczek. De winter van 1944-'45 betekende een periode van stilstand voor de divisie, waarbij ze aan de zuidoever van de Maas een sector bewaakte, van Tholen via Moerdijk tot bij 's-Hertogenbosch. Een vervelende periode vanwege de kou en regelmatige schermutselingen met Duitse patrouilles aan de overkant, waarvan het gevecht om Capelse Veer het bloedigst was. Aan geallieerde zijde bestond de vrees dat het Duitse bruggenhoofd bij Capelse Veer door de Duitsers gebruikt zou worden voor een aanval richting Antwerpen en tot steun aan het Ardennenoffensief.

Begin 1945 werd de divisie overgeplaatst naar Overijssel waarna ze langs de Nederlands-Duitse grens oprukte, door Drenthe en Groningen, waarbij onder meer Emmen, Veendam, Bourtange en Stadskanaal bevrijd werden door de Polen.

Duitsland[]

In april 1945 betrad de 1ste Pantserdivisie Duits grondgebied. Een memorabel en vreugdevol moment was toen vlak daarna het krijgsgevangenenkamp Oberlangen werd bevrijd: toevallig zaten daar ruim 1700 Poolse vrouwelijke opstandelingen die na de Opstand van Warschau krijgsgevangen waren gemaakt. Op 6 mei verovert de divisie de Kriegsmarine-basis Wilhelmshaven, waar generaal Maczek de capitulatie accepteert van de basis, een deel van de vloot en 10 infanteriedivisies. Daar eindigde de opmars van de divisie, even later kreeg ze versterking van de Poolse 1ste Onafhankelijke Parachutistenbrigade. Tot 1947 voerde ze bezettingstaken uit in Noord-Duitsland waarna de pantserdivisie ontbonden wordt. Een meerderheid van de soldaten kon niet terug naar het inmiddels communistische Polen (zij die dat wél deden werden gearresteerd wegens "anti-communisme"; een aantal officieren van de divisie en andere eenheden werd ter dood veroordeeld) en moest een nieuw leven beginnen in het Westen. De Poolse veteranen van deze divisie, het Poolse Tweede korps en overige eenheden verspreidden zich over de hele wereld. Ze vestigden zich met name in Groot-Brittannië en Canada, maar ook ging een deel naar Breda, alwaar velen met Nederlandse vrouwen trouwden en een nieuw bestaan opbouwden.

Tradities[]

In het vrije Polen heeft de Poolse 11e Pantsercavaleriedivisie de tradities overgenomen van Maczek's divisie. De 11e divisie, uitgerust met ex-Bundeswehr Leopard 2 tanks, is inmiddels één van de Poolse divisies die voor NAVO-operaties kan worden ingezet.

Advertisement